NK 2019 ronde 2

Rob Geurtsen - Wim Kalis 0-2

1.35-30 20-25 2.40-35 15-20 3.45-40 10-15 4.30-24 20x29 5.33x24 19x30 6.35x24 17-22

diagram 1

7.34-29

Kalis hoopte waarschijnlijk op een vervolg als 7.24-20 15x24 8.32-28 22x33 9.38x20, maar daar voelt Geurtsen niet voor. Volgens de moderne opvattingen is dat terecht.

11-17 8.32-27 6-11 9.37-32 1-6 10.50-45 5-10 11.41-37 13-19 12.24x13 8x19 13.38-33 3-8 14.43-38 17-21 15.31-26 22x31 16.26x17 11x22 17.36x27 22x31 18.37x26 9-13 19.46-41 7-11 20.41-37 16-21 21.26x17 11x22 22.47-41 4-9 23.41-36 2-7 24.37-31 14-20 25.42-37 20-24 26.29x20 25x14 27.48-42 15-20 28.32-27 19-23 29.37-32 14-19 30.49-43 10-14 31.31-26 22x31 32.36x27 20-25 33.33-28 14-20 34.38-33 20-24 35.40-34 6-11 36.42-38 11-17 37.44-40 24-29 38.33x24 19x30 39.28x19 13x24 40.38-33 30-35 41.34-29 35x44 42.29x20 25x14 43.39x50 8-13 44.50-44 13-19 45.43-38 19-23

diagram 2

46.44-40

Gedurende het middenspel was de partij volmaakt in evenwicht, en in deze stand ligt het bepaald niet voor de hand dat een van de twee spelers in de problemen kan komen. Het nu volgende ruiltje van Geurtsen naar veld 29 is echter minder onschuldig dan het lijkt.

17-22 47.33-29 22x31 48.26x37 23x34 49.40x29 14-19! 50.45-40 19-23! 51.40-34 9-14!

diagram 3

52.38-33(?)

Wit is zich van geen gevaar bewust. Hierna komt wit in een 5 om 5 oppositie terecht, en ergens zal hij dus moeten offeren. Met 52.32-27 had hij zich een hoop ellende kunnen besparen.

14-19! 53.33-28 12-17 54.37-31 7-11 55.31-26?

Dit verliest. Hoogst noodzakelijk was het offer 55.29-24 19x39 57.28x19 39-44 en nu volgt 58.19-14 44-49 59.14-9! 49x36 60.9-3 17-22 61.3-17 met remise.

11-16 56.29-24 19x39 57.28x19 39-43?

Zwart kon scherp winnen door 18-23! 59.19x28 39-43 60.28-23 43-49 61.26-21* 16x38 62.23-19 38-42 63.19-14 (want 63.19-13? 49-35 64.13-9 35-13 65.9x18 17-22 66.18x27 Z+) 42-47 64.14-10 (of 64.14-9 47-36 65.9-3 49-21 66.3-20 36-9 67.20x3 21-26 68.3x21 26x3 Z+) 49-32 65.10-4 47-36 66.4-15 32-10 67.15x4 17-22 68.4x27 36x22 Z+

58.19-14 43-49 59.32-28 18-22 60.28-23 49-40 61.23-19 40-35 62.14-10 35x2 63.10-5 2-11

diagram 4

64.5-32?

Het is niet helemaal duidelijk of deze zet daadwerkelijk gespeeld is, of dat wit het hiervoor al heeft opgegeven. De diagramstand is echter een standaardremise. Na bijvoorbeeld 64.5-23 22-27 65.23-14! 11-6 kan wit namelijk storen via 66.14-3 17-22 67.3-9! 6-17 68.9-20!, en zwart staat te wankel om de middellijn te betreden..

Wouter Sipma - Ron Heusdens 2-0

1.34-29 17-21 2.40-34 21-26 3.45-40 20-25 4.32-28 18-22 5.28x17 11x22 6.31-27 22x31 7.36x27 6-11 8.33-28 11-17 9.50-45 17-21 10.37-32

diagram 2

12-18

Hier kwam 15-20 ook sterk in aanmerking, om op een onvoltooide hekstelling aan te sturen.

11.29-24 19x30 12.35x24 18-23 13.28x19 14x23 14.40-35

Het nu volgende plan komt niet helemaal uit de verf voor Sipma. Maar 14.38-33? kwam niet in aanmerking wegens 26-31 15.27x36 23-29 16.34x23 13-19 17.23x14 9x27, terwijl 14.32-28 23x32 15.38-33 10-14 16.27x38 5-10 gemakkelijk in een erg flauwe partij zou kunnen uitmonden.

8-12 15.34-30 25x34 16.39x30 23-28! 17.32x23 21x32 18.38x27 13-18 19.23-19 18-22 20.27x18 12x14

diagram 3

21.44-39!

De schijf op 24 lijkt kwetsbaar, maar Sipma laat zien dat dat slechts schijn is.

14-20 22.42-38 20x29 23.39-33 10-14 24.33x24 14-20 25.43-39 20x29 26.45-40 5-10 27.39-33 10-14 28.33x24 14-20 29.49-43 20x29 30.43-39 9-14 31.39-34 29-33 32.38x29 2-8 33.30-25 8-13 34.34-30 4-9 35.40-34 7-12 36.41-37 1-7 37.47-41 16-21 38.37-31 26x37 39.41x32 21-26 40.46-41 26-31 41.41-37 31x42 42.48x37

diagram 4

13-18??

Een merkwaardige blunder. Al vanaf de 35e zet speelt de wending 25-20 een cruciale rol, maar hier lijkt Heusdens dat even vergeten te zijn.

43.25-20! 15x33 44.34-29 33x24 45.30x10

Met een elementaire doorbraak strijkt Sipma totaal onverwacht beide punten op.

18-23 46.35-30 12-17 47.30-24 9-13 48.10-5

Jan Groenendijk - Hein Meijer 1-1

1.34-29 19-23 2.40-34 14-19 3.45-40 10-14 4.32-28 23x32 5.37x28 5-10 6.42-37 17-22 7.28x17 12x21 8.47-42 20-24 9.29x20 15x24 10.34-30 18-23 11.40-34 21-27 12.31x22 23-29 13.34x23 19x17 14.30x19 14x23 15.36-31 7-12 16.31-27 12-18 17.41-36 1-7 18.44-40 7-12 19.40-34 10-14 20.49-44 13-19 21.46-41 8-13 22.34-29 23x34 23.39x30 17-21 24.37-32 18-23 25.44-39

diagram 1

12-17!

Meijer probeert het zijn tegenstander zo lastig mogelijk te maken. Met deze zet wordt de natuurlijke opbouw 26.41-37 verstoord, terwijl wit waarschijnlijk geen enkele winstkans ziet in een klassiek verloop na 26.33-28 14-20. Het meest nuchtere antwoord is nu iets als 26.30-25 19-24 27.50-44 14-19 28.33-29 23x34 29.39x30, om te profiteren van de zware zwarte korte vleugel. Groenendijk besluit echter dat dat niet genoeg is, en komt met een provocerend antwoord.

26.42-37!? 2-8 27.48-42! 14-20 28.39-34! 21-26 29.30-25

diagram 2

20-24

Terecht gaat zwart 8-12 30.25x14 9x20 31.33-29! uit de weg, en ook 9-14 30.33-29! ziet er vooral aantrekkelijk uit voor wit.

30.33-29 24x33 31.38x18 13x31 32.36x27 17-22!

Want zwart moest rekening houden met de dreiging 37-31.

33.27x18 8-13 34.41-36 13x22 35.32-27 22x31 36.36x27 11-17 37.37-32 6-11 38.43-38 17-21 39.38-33 11-17

diagram 3

40.34-29

Oppervlakkig gezien lijkt wit beter te staan, maar dat is niet het geval. Bijvoorbeeld na 40.33-28 behaalt zwart een comfortabele remise via het offer 19-23 41.28x19 17-22 42.27x18 9-13 43.19x8 3x23.

19-23! 41.29x18 17-22!

Meijer plaatst een ietwat verraderlijke counter. In het nu volgende eindspel moet vooral wit oppassen, omdat zwart mogelijk twee dammen kan halen.

42.18-12 22x31 43.12-7 31-36 44.7-1 36-41 45.32-28 26-31 46.1-45 21-26

De beste kans voor zwart was nog 31-37 47.42x31 21-26 48.31-27 41-47, maar wit kan zich verdedigen met 49.28-22 47x24 49.28-22 47x24 50.45-23 24-33 en de kwetsbare schijven op 22 en 27 staan veilig.

47.42-37 41x23 48.45x36 9-13 49.36x9 3x14 50.33-29 26-31 51.29-23

Niek Kuijvenhoven - Alexander Baliakin 0-2

1.34-29 17-21 2.40-34 21-26 3.45-40 11-17 4.32-28 17-21 5.37-32 26x37 6.42x31 19-23 7.28x19 14x23 8.35-30 10-14 9.30-25 13-19 10.33-28 20-24 11.29x20 15x24 12.39-33 21-26 13.41-37 8-13 14.44-39 5-10 15.47-42 10-15 16.31-27 2-8 17.49-44 14-20 18.25x14 9x20 19.37-31 26x37 20.42x31 4-10 21.50-45 3-9 22.46-41 10-14

diagram 1

23.34-29! 23x34 24.40x29

Zonder vrees voor 18-22 25.28x17 12x21 26.31-26! 7-12 27.26x17 12x21 28.27-22 met een prima aanval voor wit.

18-23 25.29x18 12x23 26.44-40 7-12 27.41-37 24-29! 28.33x24 20x29

Baliakin compliceert de stelling, en zal daar weldra succes mee hebben.

29.39-34 15-20

Na 16-21? 30.27x16 6-11 31.16x18 13x42 32.32-28 23x41 33.36x38 wordt het snel remise.

30.31-26 1-7

diagram 2

31.28-22!?

Wit moet hier een beetje op zijn tellen passen vanwege een mogelijke inval met 29-33. Maar zowel na 31.37-31 29-33 32.38x18 13x33 33.27-22! als na 31.48-42 29-33 32.38x18 13x33 33.43-38 19-24 34.38x29 24x33 35.27-22! stelt dat niet zo veel voor. De partijzet ziet er erg gevaarlijk uit.

7-11 32.43-39 20-25!

Uiteraard mag zwart niet achterlopen met 12-17? wegens de damzet 33.36-31 17x28 34.27-22 28x17 35.26-21 16x36 36.37-31 36x27 37.32x3 W+

33.40-35?

Dit verliest. Aangewezen was 33.48-43! 12-17 en nu het verrassende schijnoffer 34.40-35! 17x28 35.27-21 16x27 36.32x21 29x40 37.45x34. Zwart heeft nu een schijf meer, maar geen enkel perspectief op winst, bijvoorbeeld 8-12 38.21-16! en zwart heeft niet beter dan 12-17 (niet 13-18? 39.16x7 12x1 40.39-33 W+ of 11-17? 39.16-11 17-22 40.35-30 6x17 41.39-33 28x48 42.38-33 48x31 43.36x7 W+) 39.16x7 17-21 40.26x17 28-33 41.38x18 13x2.

29x40 34.35x44 12-18 35.48-43 8-12 36.44-40 14-20 37.39-34 20-24 38.43-39 9-14 39.40-35

diagram 3

24-30

De schijfwinst 23-29 40.34x23 19x17 was hier afdoende geweest, maar Baliakin vertrouwde de variant 41.32-28 14-19 42.37-32 18-23A 43.39-34 niet helemaal. Dat wint echter afgetekend voor zwart na 24-30 44.35x24 19x39 45.28x8 12x3 46.27-21 16x27 47.32x12 39-44 48.45-40 44x35 49.26-21 35-40 50.21-16 11-17 51.12x21 40-44 52.36-31 (tot hier had Baliakin het berekend) en nu 25-30! 53.31-26 30-35! en wit kan opgeven.

A Nog overtuigender is het door Dolfing aangegeven 24-30 43.35x24 19x30 44.45-40 of? 30-34 45.40x29 17-22 46.28x19 18-22 47.27x18 16-21 48.26x17 11x44

40.35x24 19x30 41.45-40!

Plotseling blijkt het allemaal danig tegen te vallen voor zwart.

14-20 42.40-35! 20-24 43.37-31! 12-17 44.38-33 17x37 45.31x42

Wit heeft nu voldoende compensatie voor remise.

11-17 46.42-38 24-29 47.33x24 30x19 48.39-33 19-24 49.38-32 13-19 50.36-31 6-11 51.33-28 25-30 52.34x25 23-29 53.35-30 24x35 54.25-20 35-40 55.20-15 40-45 56.15-10 29-34

diagram 4

57.10-5?

Wit heeft de remise bijna binnen. Daarvoor had hij nu wel het enigszins verrassende 57.10-4! moeten vinden.

18-23 58.27-21 16x36

En Kuijvenhoven zag zijn vergissing in. Na 59.32-27? 23x21 slaat wit in de vang met 60.5x40 45x34.

Jos Stokkel - Martijn van IJzendoorn 1-1

1.32-28 19-23 2.28x19 14x23 3.37-32 10-14 4.41-37 17-21 5.35-30 20-25 6.33-29 11-17 7.39-33 6-11 8.44-39 1-6 9.30-24 5-10 10.47-41 21-26 11.50-44 14-20 12.32-28 23x32 13.37x28 26x37 14.42x31

diagram 1

Er is een interessante uitgangspositie ontstaan voor een aanval versus omsingeling. Wit heeft een hangende schijf op 45, terwijl zwart met een schijf op 10 in zijn maag zit, die moeilijk in het spel te brengen is.

17-22 15.28x17 11x22 16.38-32 22-27 17.31x22 18x38 18.43x32 13-18 19.33-28 9-13 20.41-37 7-11 21.48-43 11-17 22.36-31 17-21 23.31-26 21-27 24.32x21 16x27 25.37-32 27x38 26.43x32 6-11 27.49-43 11-17 28.46-41 2-7 29.41-37 7-11 30.43-38 10-14 31.39-33 4-9 32.44-39 11-16 33.28-23 17-21 34.26x17 12x21 35.23x12 8x17 36.33-28

diagram 2

14-19

De spelers hebben elkaar geen duimbreed toegegeven in de afgelopen fase. Na de volgende achterloop worden beide zwaktes opgelost, en blijft er een stand over die volkomen in evenwicht is.

37.40-35 19x30 38.35x24 13-18 39.39-33 18-22 40.45-40 9-13 41.28-23 13-18 42.23x12 17x8 43.24-19 22-27 44.29-23 3-9 45.23-18 9-14 46.19x10 15x4 47.34-29 4-9

diagram 3

48.29-24!? 20x29 49.33x24

Wit levert onnodig een schijf in. Het heeft geen fatale gevolgen, maar veel logischer was 48.40-35 20-24 49.29x20 25x14 50.35-30 21-26 51.32x21 16x27 52.33-28.

8-13 50.18-12 21-26 51.32x21 26x8 52.38-33 8-12 53.33-28 16-21 54.40-34 21-27 55.28-23 13-18

Anton van Berkel - Casper Remeijer 1-1

1.32-28 17-22 2.28x17 11x22 3.37-32 6-11 4.41-37 12-17 5.46-41 7-12 6.34-29 2-7 7.40-34 19-23 8.45-40 14-19 9.31-26 22-27 10.32x21 16x27 11.37-31 10-14 12.31x22 17x28 13.33x22 18x27 14.29x18 13x22 15.39-33 19-23 16.35-30 14-19 17.30-25 12-18 18.25x14 9x20 19.41-37 8-13 20.37-31 5-10 21.47-41 4-9 22.41-37 10-14 23.37-32 11-16 24.32x21 16x27 25.40-35

diagram 1

7-11(?)

De zwarte stand is te mooi om te omsingelen, ook al gezien zijn comfortabele 8 tempi voorsprong. Het is dus volkomen terecht dat Van Berkel besluit om met zijn volgende zet de aanval af te breken. Met het alerte 19-24! had Remeijer het zijn tegenstander heel wat lastiger kunnen maken, doordat de terugruil 26.34-29? 23x34 27.33-28 22x33 28.38x40 dan faalt wegens de combinatie 18-23 29.31x22 23-28 30.22x33 24-30 31.35x24 20x47. Er zou dan zoiets kunnen volgen als 26.44-39 14-19 27.34-29 23x34 28.39x30 9-14 met een aantrekkelijke aanval voor zwart.

26.34-29 23x34 27.33-28 22x33 28.38x40 3-8 29.31x22 18x27 30.42-37 13-18 31.37-32 27x38 32.43x32

De stand is nu vrijwel in evenwicht, met een gelijkwaardige remise als resultaat.

9-13 33.49-43 8-12 34.43-38 20-24 35.44-39 11-17 36.39-33 14-20 37.36-31 17-22 38.31-27 22x31 39.26x37 18-22 40.48-42 24-29 41.33x24 20x29 42.40-34 29x40 43.35x44 19-23 44.44-39 12-18 45.50-44 15-20 46.39-33 1-7 47.33-29 23x34 48.32-28 22x33 49.38x40 18-23 50.37-32 20-24 51.44-39