Jan Groenendijk - Roel Boomstra 1-1
≡ 1.32-28 19-23 2.28x19 14x23 3.34-30 18-22 4.40-34 12-18 5.45-40
Groenendijk zoekt opnieuw in een vroeg stadium de strijd op.
7-12 6.50-45 10-14 7.31-27 22x31 8.36x27
Boomstra pakt de handschoen op, die hem nadrukkelijk door Groenendijk is aangereikt. Het gevolg is een zeer fraai en spannend gevecht.
9.37-32 1-7 10.33-29 17-21 11.38-33 5-10 12.41-37 21-26 13.43-38 11-17 14.46-41 14-19 15.30-24 19x30 16.35x24 17-21 17.33-28
Dit geeft Boomstra de gelegenheid om onder tamelijk ideale omstandigheden op een Drost systeem over te schakelen. Vooral de witspeler loopt hiermee risico's, maar Groenendijk zal hebben ingecalculeerd dat een ingewikkeld speltype als dit tegen Boomstra de meeste kansen op succes biedt. Een mogelijk alternatief was ≡ 17.41-36 12-17 18.36-31 17-22 19.33-28 22x33 20.39x19 18-22! 21.27x18 13x22 22.29-23 21-27 23.32x21 16x36 24.34-30 25x34 25.40x29, met een moeilijk te doorgronden stand.
≡ 12-17 18.28x19 17-22 19.41-36 22x31 20.36x27 7-12
In de partij Valneris-Meijer (Hisard memorial 1993) volgde nu
≡ 21.38-33 6-11 22.49-43 11-17 23.47-41 17-22 24.41-36 22x31 25.36x27 12-17 (hier was ≡ 2-7 26.42-38 7-11 27.40-35 12-17 het overwegen waard) ≡ 26.37-31 26x28 27.33x11 16x7 28.27x16 9-14 29.43-38 14x23 30.38-32 4-9 31.42-37 9-14 32.37-31 7-11 33.16x7 2x11 34.31-26 11-17 35.48-42 14-20 36.42-37 10-14 37.24-19 13x33 38.39x10 15x4 met remise.
≡ 12-17 22.38-33 17-22 23.41-36 22x31 24.36x27 2-7!
Terecht gaat Boomstra de uitwisseling ≡ 6-11 25.49-43 11-17 26.37-31 26x28 27.33x11 16x7 28.27x16 uit de weg. Daaraan zou wit immers een zo goed als gelijkwaardige stand overhouden.
Absoluut gedwongen. Na ≡ 26.49-43? volgt simpel 11-17, altijd gevolgd door 17-22. En na ≡ 26.42-38? wordt de witte lange vleugel opgeblazen door 26-31 27.37x17 11x31.
Met de tekstzet brengt Groenendijk een tweetal reddende finesses in de stand. In de eerste plaats combineert wit na ≡ 11-17 27.42-38! 17-22? naar dam via de plakker 28.37-31 26x28 29.19-14 21x43 30.14x5. En als zwart op de 27e zet ≡ 9-14? speelt combineert wit via 28.49-43 14x23 29.24-19 13x35 30.37-31 26x28 31.33x2 21x32 32.38x27 eveneens naar dam. De overblijvende stand is nog wel houdbaar voor zwart na 15-20 33.29x18 20-24 34.2x30 35x24 35.34-29 24x33 36.39x28 3-9.
≡ 26-31 27.37x17 11x31 28.42-37 31x42 29.48x37
Want na ≡ 16-21 reageert wit met 31.37-31! en de plakker 21-26 32.19-14 26x28 33.14x5 gooit roet in het eten voor zwart.
≡ 31.33-28 14x23 32.28x19 11-17 33.40-35 3-9
Boomstra wikkelt af naar remise. Hij had het nog even spannend kunnen maken met ≡ 17-21 34.39-33 21-27 35.32x21 16x27 36.37-32 27x38 37.33x42 3-9 38.49-43 9-14. Maar als wit aktief reageert met 39.44-39! 14x23 40.39-33 levert dat niets op.
Groenendijk heeft geen keus, want opvangen met ≡ 35.33-28 14x23 36.28x19 leidt tot een totaal verloren stelling na 17-21!, bijvoorbeeld 37.49-43 21-27 38.32x21 16x27 39.43-39 27-32 40.37x28 15-20 41.24x15 13x22 Z+
≡ 13x24 36.20x9 4x13 37.30x19 13x24 38.29x20 15x24 39.44-39 10-14 40.49-43 14-19 41.34-29
en in deze gelijkwaardige stelling kwamen de spelers remise overeen.
© Wieger Wesselink https://10x10.org